Shagdoos
De allereerste hype die ik me kan herinneren is die van Donna Fabiola. Ergens in de nazomer van 1960 ging het over niets anders. De bijziende Belgische Koning Boudewijn had een verloofde gevonden die even deugdzaam was als hijzelf.
Bij ons aan tafel werd daar weinig over gesproken. Als het al over Boudewijn ging, was het omdat ze hem ervan verdachten de hand te hebben gehad in de moord op Loemoemba. Op de radio ging het al heel lang over Congo. Voor mijn kinderoren, ik was vijf, waren het allemaal onheilspellende toverwoorden: Loemoemba, Kasavubu, Tsjumbe, Congo, Kantanga, Daar kon ik natuurlijk geen touw aan vastknopen. Ik wist wel dat het belangrijk was want als ze er op de radio over begonnen, moesten we stil zijn.
Die zomer had ik bij het ‘brieventrekken’ op de kermis een doodskop aan een kettinkje gewonnen. Een kunststof ding met glitterende rode ogen. Ik vond het zelf aanvankelijk maar een eng ding maar onze oudere buurmeisjes die een maand of wat later de mond vol hadden over Fabiola, vonden het prachtig. Ik dus van de weeromstuit ook.
Rond de tijd dat Boudewijn en Fabiola in het huwelijk traden, leefde de hype weer op. Omdat wij vrij vroeg televisie hadden, kwamen heel wat mensen uit de buurt kijken naar de uitzending ‘op de Bels’, zoals dat bij ons heette. En mijn vader, geen fan van het stel, was op die dag jarig.
Een week daarvoor had ik in de etalage van de kolenboer een shagdoos zien liggen met een verlovingsfoto van het Koninklijk paar erop: Fabiola in roze en lichtblauw en Boudewijn in pak tussen de bloemen op een trap in Laken. Ik, geheel onwetend over hoe de Belgische vlag er bij ons thuis bijhing, wilde die doos heel graag kopen voor mijn vaders verjaardag maar hij kostte twee kwartjes. Die had ik natuurlijk niet; wij kregen hooguit af en toe een stuiver.
Het was mijn zus die op het idee kwam het doodskopje te verkopen. Het lukte meteen. De oudste van de twee buurmeisjes had twee kwartjes en even later had ik ze.
Mijn vader was héééél blij met de shagdoos. Zo blij dat hij er nooit zijn DE zilvershag in heeft gestopt. Dat zou zonde zijn van zo’n mooie doos. Die kon je beter goed bewaren.
En alzo geschiedde. Hij is zo goed bewaard dat ik hem nu nog heb, een beetje verschoten maar niet eens gedeukt. Ik zie nu pas dat aan de binnenkant van het deksel een reclame staat: een plaatje van een dubbel pakje blauwe Rizla+.
Had dat op de voorkant gestaan, had hij hem misschien wel gebruikt want door zijn trouwe RIZLA-gebruik heb ik nu nog alle boeken: Zo leer je vissen en vogels kennen.
Foto: De blikken shagdoos die Mieke ooit voor haar vader kocht. | foto Mieke van der Jagt
Ron de Jongeronjonge@gmail.com
Geplaatst op 10:43h, 13 juliLeuk verhaal en de namen van die Afrikaanse leiders klinken heel bekend.
De reclame van de blauwe Rizla aan de binnenzijde van het deksel viel mij op. Waarom? Omdat Rode Rizla vloei (later oranje) het meest werd verkocht. 60 vloeitjes in een pakje.
De Blauwe Rizla Vloei was dunner rijstpapier en doofde sneller. Als je een shagje in je mond had hangen dan moest je die vaker opnieuw aansteken.
Je deed er dus langer mee.
Jopie Meerman
Geplaatst op 11:32h, 12 juliWat een leuk verhaal Mieke. En dat koninklijke paar straalde altijd zo’n ‘devotie’ uit. Daar konden alle andere koninklijkheden ( is dat een echt woord?) een puntje aan zuigen!