Oranje boven, Oranje boven

THEMAKRANT ZEELAND EN ORANJE (editie 20, MAART 2024)

 

door Jan van Damme

Het moet ergens halverwege de jaren zestig zijn geweest. Koningin Juliana kwam naar Zeeuws-Vlaanderen. Het bericht gonsde door het dorp. De Groe in mijn geval, maar het zal in Sluis of Sintepier niet anders zijn geweest. De koningin kwam. Het was voorjaar, bijna zomer. Ze bracht mooi weer mee.

Op mijn katholieke Sint Antonius-schooltje werden er niet al te veel woorden aan vuil gemaakt. We moesten ons opmaken om met de hele school – rond de vijftig leerlingen – voor het gemeentehuis aan de Traverse te gaan staan. Daar zou hare majesteit voorbij rijden.

Stomverbaasd

Tot mij drong maar een klein deel door van de voorbereidende uitleg. Ik was dan ook stomverbaasd toen we aan het begin van de middag ook de andere scholen van het dorp op het pleintje voor het gemeentehuis aantroffen. Dat hadden ze er niet bij gezegd, dacht ik. Wij, de katholieken, werden getalsmatig opeens een kleine minderheid door de veel talrijker protestanten en openbaren.

Dat temperde de feestvreugde nogal. We klitten wat bij elkaar, namen braafjes de uitgedeelde rood-wit-blauwe vlaggetjes in ontvangst en keken sceptisch naar de geserveerde ranja. Ranja, hoe verzonnen ze het. Ik weet niet goed hoe het de andere scholen verging, maar ook van hun kant herinner ik me niet veel kabaal.

Toetersignaal

De grootste verrassing voor mij was nog wel het toetersignaal dat opeens vanaf de torentrans klonk. Verroest, ze hadden een uitkijk op de protestantse kerk gezet. En die liet nu horen dat de koningin in aantocht was. De meesters – juffen waren er niet – stelden ons in rijen op. En zwaaien hè jongens, en zwaaien als ze voorbij rijdt.

Iedereen keek in de richting van smederij Cijsouw, daar moest ze opduiken. En waar je anders hoort dat je uren moest wachten om een koninklijke glimp op te vangen, hier dook de limousine op voor we goed en wel in het gelid stonden. De dorpsomroeper op de toren had het goed gezien.

Geritsel

Hare majesteit zat in een open automobiel, op de achterbank. Haar chauffeur had het besef om een beetje vaart te minderen. Wij wapperden enthousiast met onze papieren vlaggetjes. Ik ook. Er werd niet gezongen, niet gejoeld, niet geroepen. Ik herinner me alleen het geritsel van de vlaggetjes. De koningin zwaaide vanonder een breedgerande hoed. Ik denk dat ze glimlachte, ze moet het gevoel gehad hebben dat ze een stomme film binnenreed.

Nog voor de laatste vlaggetjes waren gepasseerd, gaf haar chauffeur een dot gas. Vroem. De boot in Breskens lag al in de fuik.

Geen reacties

Geef een reactie