Logeren bij tante Coleta in Vlissingen

THEMAKRANT VAKANTIE (editie 21, ZOMER 2024)

 

door Hans van Spanning

Als bijna zesjarig jongetje uit Hilversum liep ik in de zomer van 1946 met mijn moeder op de Badhuisweg in Vlissingen op weg naar het strand. Hier werd ik verrast door een voor mij volstrekt onbekend ruisend geluid. ,,Dat  is de zee’’, zei mijn  moeder.

We gingen een hoge trap op met aan beide kanten een gebeeldhouwde leeuw. Boven aangekomen zag ik het strand, maar mijn aandacht werd vooral getrokken door  de lichte golfslag van de Noordzee.  Ik had nooit eerder de zee gezien. Een onvergetelijke gebeurtenis.

Een jaar na de bevrijding was de reis van Hilversum maar Vlissingen niet eenvoudig. Het openbaar vervoer  functioneerde nog gebrekkig. We konden met een vrachtrijder meerijden naar Goes. Vandaar ging de tocht in legerauto’s naar Vlissingen. Op Walcheren reden we  over een smalle landstrook die aan beide kanten was omgeven door water.

In Vlissingen logeerden we in de Nieuwstraat bij mijn  tante Coleta, de oudste zuster van mijn  moeder. Coleta van Oorschot-Rouw zou ater bekend worden als hoofdpersoon in het boek ‘Mijn tante Coleta’ van Geert van Oorschot. Zij was een actieve doortastende vrouw die gewend was veel werk te verzetten. Haar man, mijn oom Piet van Oorschot had, sinds het eerste jaar van hun huwelijk, een vorm van MS.  Mijn ouders bevestigden mij later dat de hoofdpersoon in  het boek van Geert van Oorschot dezelfde was als mijn tante Coleta, maar dat de intieme relatie die ze in het boek met hem had, op fantasie berustte.

Ik heb  een bijzondere relatie met Zeeland. Mijn moeder Henriette Isabella (Jet) Rouw werd in Vlissingen geboren. Haar vader, mijn opa,  M. Rouw  werkte bij  de Provinciale Stoombootdiensten. Mijn grootvader F.J.G. van Spanning was met zijn gezin in 1926 als districtsbestuurder van de  Algemene Nederlandse Metaalbewerkersbond naar Vlissingen gekomen. In 1928 trad hij op als stakingsleider van de bekende langdurige staking bij scheepswerf De Schelde.

Mijn vader Frederik Gerrit (Frits) van Spanning volgde in Vlissingen de zeevaartschool. Toen hij in de zomer van 1939 met studieverlof terugkwam van een reis, werd hij gemobiliseerd en bij de marine in Veere geplaatst. Enkele dagen voor het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 werd mijn vader naar Den Helder overgeplaatst. Na de capitulatie gingen mijn ouders in Hilversum wonen, waar zij introkken  bij mijn grootouders, die in 1937 van Vlissingen naar Hilversum waren gegaan. Hier werd ik op 2 oktober 1940 geboren.

In Vlissingen was het altijd een bijzondere belevenis als er een harde wind stond. De golven sloegen in 1946 rechtstreeks tegen de muur van de Boulevard, waardoor het water er overheen sloeg. Samen met andere jonge kinderen ging ik dan gehurkt achter het muurtje zitten, waardoor je niet nat werd.  Het standbeeld van Michiel de Ruyter heeft in die tijd grote indruk op mij gemaakt. De kennismaking met deze zeeheld heeft de liefde voor de geschiedenis in mijn verdere leven een geweldige impuls gegeven.

foto: Coleta van Oorschot-Rouw | Foto archief Hans van Spanning. Rechts boekomslag ‘Mijn tante Coleta’.

Geen reacties

Geef een reactie