In corvee hadden de gasten nooit veel zin
THEMAKRANT VAKANTIE (editie 21, ZOMER 2024)
VERDWENEN BEROEP: de jeugdherbergvader
door Wim van Gorsel
Voor het eerst zonder je ouders op vakantie. In de jaren ’50 en ’60 deed je dat meestal in eigen land, soms in België of Luxemburg. Vaak ging dat gepakt en bezakt op de fiets, de brommer of (voor de wat grotere afstanden) met de trein. Eenmaal op je vakantieadres aangekomen (Amsterdam, de Veluwe en Valkenburg waren favoriet) overnachtte je soms in een klein punttentje op een camping, maar had je geen tent of hield je niet van kamperen, dan was de jeugdherberg zeker een alternatief.
Als je lid was van de Nederlandse Jeugdherbergcentrale (NJHC) had je voor een laag bedrag een dak boven je hoofd met ’s ochtends een degelijk ontbijt en ’s avonds een verantwoorde warme maaltijd. Je had geen eigen kamer, maar sliep in een grote slaapzaal, vaak in een stapelbed. Jongens en meisjes gescheiden! Het sanitair was sober en verder moest je soms ook helpen bij de afwas (corvee), een klusje waar de meesten overigens weinig trek in hadden.
Potige types
Jeugdherbergen lagen vaak op mooie, afgelegen locaties en waren veelal gehuisvest in voormalige scholen, kastelen, kloosters of andere ‘vergeten’ monumenten. De beheerders van de jeugdherbergen waren de zogenoemde ‘herbergvaders’ (soms in duo met een ‘herbergmoeder’). De herbergvaders waren vaak potig types, die vanachter een loketje instructies gaven en de huisregels opsomden, die meestal ook nog op een lijstje aan de muur hingen.
Zeeland telde in de jaren ’50 en ’60 jeugdherbergen in onder andere Axel, Bruinisse, Domburg, Scharendijke, Yerseke en Vlissingen. De jeugdherberg in Domburg bestond uit een barakkencomplex aan de Schelpweg tussen Domburg en Westkapelle, pal tegenover de plaatselijke golfbaan. Kort na de oorlog deden deze barakken dienst als opvanglocatie voor mensen die hun huis hadden verloren als gevolg van de inundatie in 1944.
Vanaf 1950 deed het complex 25 jaar dienst als jeugdherberg. In de jaren ’60 en ’70 zwaaide het echtpaar Lok als ‘vader’ en ‘moeder’ jarenlang de scepter over deze herberg ‘Nieuw Walcheren’, waar je voor zeven gulden vijftig per nacht kon logeren.
Licht uit
In de Domburgse jeugdherberg werden de jonge gasten iedere morgen met een plaatje gewekt en al om acht uur werd er ontbeten. ’s Avonds zagen ‘vader’ en ‘moeder’ Lok er persoonlijk op toe dat iedereen om half elf binnen was. Stipt om elf uur ’s avonds ging daarna het licht uit en werd iedereen geacht stil te zijn.
De heer en mevrouw Lok hielden de touwtjes in jeugdherberg Nieuw-Walcheren tot 1974 stevig in handen. Vanaf dat jaar nam het echtpaar Kok – slechts één letter verschil – het beheer over en veranderde het regime. De sluitingstijd van half elf werd afgeschaft en iedereen mocht binnenkomen wanneer men wilde en gecontroleerd werd er ook niet meer. Bovendien kwam er een bar en werd er alcohol geserveerd. ‘Vrijheid’, blijheid’ werd het parool en de herbergvaders en -moeders werden meer manager. De jaren ’70 waren nu echt aangebroken.
Veranderingen
Ook in Vlissingen zwaaide in de jaren ’60 een echtpaar de scepter over de sinds 1930 bestaande plaatselijke jeugdherberg. Bob en Mieke Kossen waren in die jaren de ‘vader’ en ‘moeder’ van jeugdherberg ‘Scheldestroom’ aan de Breewaterstraat. In een interview in de zomer van 1970 met dagblad De Stem vertelde Bob Kossen dat hij vond dat de jeugdherbergen toe waren aan verandering. Kossen: ,,De individuele bezoeker ervaart de vastgestelde etenstijd en het gebrek aan privacy op slaapzalen toch als een onoverkomelijke zaak. Daarom gaan veel van onze vroegere bezoekers liever in een klein tentje op een camping staan waar ze kunnen doen wat ze willen. De jeugdherberg gaat bijvoorbeeld om half twaalf dicht. Ik zou het veel reëler vinden als je tot minstens twee uur nog binnen zou kunnen komen, maar het is gewoon niet haalbaar, omdat we daarvoor niet genoeg personeel hebben.’’
Kossen wees tot slot ook nog op de veranderende mentaliteit van de gemiddelde bezoeker: ,,Had je vroeger de sfeer van toffe jongens onder elkaar met mensen voor wie corveewerkzaamheden een doodnormale zaak was, tegenwoordig mag je blij zijn als je na de gezamenlijke warme maaltijden een paar mensen warm kunt krijgen om te helpen afwassen.’’
foto: De heer Lok, jeugdherbergvader van Nieuw-Walcheren in Domburg. | Foto: Jacqueline Midavaine, ca. 1970. Bron: ZB/Beeldbank Zeeland, rec.nr. 107490.
Geen reacties