De nasleep van de autoloze zondag

THEMAKRANT AUTOLOZE ZONDAG (editie 18, SEPTEMBER 2023)
door Albert Kort

In 1999 werd in Nederland het initiatief genomen tot invoering van een autovrije zondag. Doel was om mensen ertoe over te halen de auto eens wat vaker te laten staan, wellicht zou dat kunnen bijdragen tot een verbetering van het leefklimaat en meer milieubewustzijn.

De oliecrisis van 1973, de invoering van de autoloze zondag en het een jaar eerder verschenen rapport ‘Grenzen aan de groei’ van de Club van Rome hadden aangetoond hoe afhankelijk en kwetsbaar de moderne mens wel was.

Hoewel deelname aan het initiatief niet verplicht was, voelden de meeste plaatsen in het land er bitter weinig voor. In Zeeland was Goes de enige gemeente die bereid was mee te werken aan de invoering van een dergelijke dag. En dat was dan vooral te danken aan een aantal bezielde initiatiefnemers, zoals de raadsleden Frits de Kaart en Adri van Oosten.

Tien jaar

Ook de vele Goese wijkverenigingen zagen aanvankelijk bitter weinig in een dergelijke dag, die alleen maar veel werk zou kosten. Zo zouden er straten moeten worden afgesloten, spelletjes georganiseerd en moesten de bewoners ruim op tijd op de hoogte worden gesteld. Toch wisten Frits en Adri hun ambitieuze plannen door te drukken en zijn ze er uiteindelijk in geslaagd om maar liefst tien jaar lang een autovrije zondag te organiseren.

Het was geen toeval dat juist voor die naam werd gekozen. Het evenement mocht niet als een anti-autodag worden gepresenteerd, want dat zou te veel weerstand opwekken. Waar het volgens Adri om ging, was dat men wat bewuster met het gebruik van de auto omging. ,,Auto’s zorgen tenslotte voor geluidsoverlast, stank, terwijl er zo veel andere manieren zijn om je te bewegen.’’

Ludiek

Volgens Frits, die een privé-archief heeft aangelegd van de Goese Werkgroep Autovrije dag waren de dagen een succes, omdat ze uitgroeiden tot ludieke evenementen, waar zelfs een organisatie als ’t Beest zijn medewerking aan verleende. De kinderen genoten er met volle teugen van. Eindelijk hadden ze een keer de ruimte om te spelen op drukke straten, zoals de Buys Ballotstraat of de Troelstralaan, waar doordeweeks het autoverkeer overheen denderde. Naast de vele bal- en kegelspelletjes konden kinderen zelfs leren ringrijden, maar dan wel op een fietsje!

Stille dood

De autovrije dag stierf een stille dood. Na tien jaar hielden de betrokkenen het voor gezien. Of de dagen bijdroegen tot meer milieubewustzijn, is echter de vraag. Maar al te vaak kwam het voor dat de kinderen door hun ouders met de auto naar de plekken werden gebracht waar de spelletjes werden georganiseerd, en dat kan toch nooit de bedoeling zijn geweest.

Geen reacties

Geef een reactie