
De marifoon ontsloot de binnenvaart
THEMAKRANT COMMUNICATIE (editie 23, januari 2025)
door Margreeth Ernens
Het drukke scheepvaartverkeer in Europa noopte begin jaren zeventig tot de introductie van de marifoon, een zendontvanger om te communiceren over korte afstand.
Klaas Kleine (72) uit Terneuzen is zijn hele leven binnenvaartschipper geweest. ,,Vroeger stond er iemand voorop als uitkijk. Sinds de jaren vijftig hadden binnenvaartschepen wel een spreekverbinding van voorop naar de stuurhut, maar er werden ook handgebaren gebruikt. Eigenlijk ging je gewoon op de gok de haven uit, dat wordt nu helemaal begeleid.’’
Klaas herinnert zich de introductie van de marifoon nog goed. ,,Het was een grote vooruitgang, een vorm van ontsluiting van de binnenvaart. Je kon via bepaalde stations ook telefoneren, niet overal maar alleen in havens. Dat moest je speciaal aanvragen en kostte een hoop moeite. Het was ook ingewikkeld, want je kunt alleen praten als je een knop indrukt. Degene aan de andere kant kon dan niets zeggen. Je moest ook steeds ‘over’ zeggen voordat je de knop weer losliet.’’
Kletskanaal
In tegenstelling tot de zeevaart gebruikte de binnenvaart weinig seinvlaggetjes. ,,Op de Rijn hesen we een blauwe vlag als je langs de ‘verkeerde’ wal voer. Dat is tegenwoordig een blauw bord.’’ De marifoon werd verplicht om aan boord te hebben zodat er met de havens, sluizen en bruggen kan worden gesproken. ,,Je moet een marifoon-examen doen en een zendvergunning aanvragen. Voor dat examen moest je het NAVO-spellingsalfabet leren: Alfa, Lima etc. ‘’, vertelt Klaas. Ook onderling hebben de schepen contact sinds de marifoon er is. ,,Kanaal 10 wordt gebruikt om van schip naar schip te praten, kanaal 77 is het ‘kletskanaal’, maar dat moet je maar beperkt doen, je moet er ook geen rare dingen zeggen natuurlijk.’’
Als er een haven of sluis wordt genaderd meldt de schipper zich met de naam van het schip. ,,Wij weten de kanaalnummers wel uit ons hoofd. Havens of sluizen die dicht bij elkaar liggen, gebruiken verschillende kanalen, maar het overlapt elkaar toch nog wel. Dat is verwarrend en irritant. Vroeger moest je op iedere sluis lengte en lading van het schip persoonlijk doorgeven, maar tegenwoordig wordt dat digitaal van sluis tot sluis doorgestuurd. Alleen als je de grens passeert, moet je het opnieuw doorgeven. Ze zien je aankomen, we passeren de sluis en daarna wordt de informatie weer gewist.’’
Varen met een labeltje
Een binnenvaartschip heeft minimaal twee marifoons aan boord, zegt Klaas. ,,Eentje is afgestemd op het navigatiekanaal en eentje op de haven of sluis waar je naar toe vaart. Tegenwoordig is het makkelijker door het AIS (Automatisch Identificatie Systeem), want een schip krijgt een labeltje, zodat iedereen jou ziet varen op de kaart, met afmetingen en snelheid. Als je op de kaart een tegenligger ziet aankomen, kun je die meteen aanroepen en afspraken maken.’’
Alleen jachten onder de 15 meter mogen zonder marifoon varen. ,,Dat is niet echt veilig, maar eigenlijk mogen die alles in principe, óók de zee op.’’
foto: Marifoon. | foto S.J. de Waard, Wikimedia
Geen reacties