Linda Flipse moest er lang op wachten, maar nu heeft ze de hoofdprijs dan eindelijk in handen! Schrijfster Nynke Feenstra kwam er speciaal voor uit Den Haag. Persoonlijk overhandigde zij het boek Betje, de zevende van de kruidenier, door haar ter beschikking gesteld als hoofdprijs bij de puzzel in de septembereditie van Zeeuws Weerzien. Door de coronamaatregelen was het niet eerder mogelijk deze ontmoeting te regelen.

Linda’s boekenkast vol Zeeuwse titels doet gelijk vermoeden dat de nieuwe aanwinst goed op zijn plek is. ,,Wat leuk, dit boek heb ik gebruikt als achtergrondinformatie bij mijn verhaal,” roept Nynke verrast bij het zien van A. den Doolaards Walcheren komt boven water. Nynke schreef haar familieroman aan de hand van de herinneringen van haar tante Bep Mandemaker, die tijdens haar leven een dagboek bijhield over alles wat zij meemaakte. Bep alias Betje is de zevende in een gereformeerd gezin met tien kinderen. Haar ouders nemen in 1925 een kruidenierszaak over in Koudekerke. Betje beschrijft het dorpsleven door kinderogen, maar ook de latere rampspoed tijdens en vlak na de oorlog komt aan bod.

Om de hoek geboren

Hoe klein de wereld is, blijkt als Nynke en Linda ontdekken dat zij gezamenlijke roots hebben. De vader van Nynke had een winkel in Vlissingen, waar Linda om de hoek is geboren. De ouders van Linda runden het Eetcafé Pension Dorpszicht op het Dorpsplein in Koudekerke, waar Betje heeft gewoond. Gevraagd naar hun eerste gedachte aan Zeeland, roepen beiden volmondig: de boulevard van Vlissingen. Het uitzicht over de Westerschelde, de schepen die vlak langs het strand varen, het geluid van metaal op metaal van de kranen in werking: dit is toch wel een uniek plekje.

Linda bladert al nieuwsgierig door het boek. ,,Mijn man heeft Koudekerke van jongs af aan zien groeien. Dit boek zullen wij, zeker als liefhebbers van familiegeschiedenissen, met plezier gaan lezen.”

Foto:  Nynke Feenstra (links) overhandigt Linda Flipse het boek ‘Betje, de zevende van de kruidenier’. foto Hanneke de Vroe