De Fabeltjeskrant
door Albert Kort
Ook al zat ik in 1968 al bijna een jaar op de middelbare school en was ik er eigenlijk een beetje te oud voor, maar iedere dag keek ik weer uit naar de Fabeltjeskrant.
U herinnert zich dat kinderprogramma nog wel. Het werd vanaf 1968 tot en met 1992 ’s avonds op tv uitgezonden. Rond een uur of zeven, net voordat het voor de meeste kleintjes de hoogste bedtijd was geworden. Toen de eerste aflevering van de Fabeltjeskrant werd uitgezonden, waren we net verhuisd naar een gloednieuwe woning en ons oude toestel hadden we ingeruild voor een grote kleurentelevisie. Ik was bevoorrecht, want lang niet alle kinderen konden de Fabeltjeskrant in kleur zien. En als er iets was wat de serie had, dan was het wel kleur. Niet alleen de dieren uit het dierenbos waren uitgesproken kleurrijk, ook de verhalen van Meneer de Uil waren dat.
U weet vast nog wel hoe iedere aflevering begon. Altijd met het liedje waarvan de eerste zin luidde: “Hallo Meneer de Uil, waar brengt u ons naar toe? Naar Fabeltjesland?” Waarop Meneer de Uil, die de Fabeltjeskrant met zijn vleugels vasthield, vertelde wat er die dag weer allemaal in Fabeltjesland was gebeurd, om vervolgens alle nieuwtjes aan elkaar te kletsen. Of het nu om Juffrouw Ooievaar, Willem Bever, Truus de Mier of Momfer de Mol ging: alle dieren uit de Fabeltjeskrant gedroegen zich als mensen. Juffrouw Ooievaar was temperamentvol en stampvoette als ze haar zin niet kreeg. Lowieke de Vos kon alleen maar aan eten denken. ‘Valt er nog wat te smikkelen en smullen’, was altijd weer de eerste vraag die hij stelde als hij ergens zijn snuit liet zien. En wat te denken van Truus de Mier, die als een ijverige huisvrouw druk bezig was het huis netjes en schoon te houden?
Aan het eind van iedere aflevering maakte Meneer de Uil de ‘kijkbuiskinderen’ duidelijk, dat de dieren precies zo waren als mensen, ‘met dezelfde mensenwensen en dezelfde mensenstreken’. Waarop steevast de woorden volgden: ‘En nu maar knus naar jullie warme nestjes, en … denk erom: oogjes dicht en snaveltjes toe. Slaap lekker!’
Achteraf is het moeilijk om aan te geven waaraan de Fabeltjeskrant zijn succes had te danken. Waren het de stemmen van de dieren? Hun menselijk en herkenbaar gedrag? Of waren het de mooie vilten poppen? Hoe dan ook, ik heb er met volle teugen van genoten en ik was niet de enige. Iedere aflevering werd door zo’n één tot twee miljoen mensen bekeken. Een reden om de Fabeltjeskrant in 2005 tot beste Nederlandse kinderprogramma van de twintigste eeuw uit te roepen.
Remco van Schellen en Albert Kort hadden een ’tuuttuuttuut’-gesprek over de Fabeltjeskrant:
Jopie Meerman
Geplaatst op 12:27h, 24 februariOnlangs was er een vraag over de Fabeltjeskrant bij een quiz op televisie. Over de figuren Ed en Willem Bever. En de kandidaten wisten het niet ! Hoe’st mogelijk, zeiden wij , 82jarig en 77jarig echtpaar tegen elkaar. We zaten trouw voor t.v. net als later met onze zoons voor Sesamstraat.
Maar ik moet eerlijk zijn, vragen over allerlei moderne series, zoals op Netflix, ik moet het antwoord schuldig blijven. Dus zo wijs als meneer de Uil, dat ben ik niet. Zelfs niet zo ijverig als Juffrouw Mier!