De trap of de lift?
door Willem Staat
De verhuizing in 1988 van de PZC-redactie in Vlissingen van de versleten burelen aan Walstraat naar de Oostsouburgseweg was een enorme overgang.
We kwamen in een hypermodern gebouw terecht met een grote redactiezaal waarvan je het eind slechts met een behulp van een verrekijker kon waarnemen. Ook de manier waarop je het gebouw in en uitging was anders.
De hoofdingang van het oude complex was aan de Walstraat, maar ik ging altijd naar binnen via de zetterij aan de Vlamingstraat. Langs een ingewikkeld stelsel van gangen en trappen belandde je uiteindelijk bij de redactieburelen boven. Volgens onbevestigde verhalen is daar een onbekend aantal mensen onderweg verdwaald, van wie nooit meer iets is vernomen.
Een grote vooruitgang in het nieuwe onderkomen vormde de lift. Je kon natuurlijk ook de trap nemen. Die was uitgerust met makkelijk bestapbare treden. Het viel mij na een poosje op dat geboren Zeeuwen vrijwel allemaal de trap namen. Hoofredacteur Andreas Oosthoek behoorde tot de uitzonderingen op die regel. En ook ik, geen autochtone Zeeuw, verkoos de makkelijke weg.
Het mijden van de lift door geboren Zeeuwen is mogelijk verklaarbaar door het feit dat de meesten onder hen gelijkvloers woonden. In de provincie kwamen relatief laat flatgebouwen met liften. Dat geldt ook voor een andere fantastische uitvinding: de roltrap. Een verschijnsel dat je aantrof bij C&A, Vroom en Dreesman en de Hema aan de Lange Delft in Middelburg.
Dat ik wel de lift nam is ongetwijfeld te verklaren door mijn geboorte in een flatje driehoog. Tot aan mijn derde jaar, toen we naar een doorzonwoning op de begane grond verhuisden heb ik met mijn korte beentjes menigmaal de trappen beklommen. Mijn moeder deed dat trouwens nog vaker, want mijn broertje en ik hadden de hardnekkige gewoonte om speelgoed over de balkonrand te werpen.
Ik weet nog dat ik, zittend in het trappenhuis, een been tussen een opening van de betonnen reling had gestoken en niet meer los kon. Dat was, voor zover ik me kan herinneren, mijn eerste traumatische ervaring.
Een oud-collega op de krant zei altijd ‘ik heb al genoeg geleden in de oorlog’ wanneer hem werd gevraagd een moeilijk karwei op te knappen. Uit bovenstaande blijkt dat ik, wat betreft het opklimmen naar hogere delen van panden, eveneens mijn portie heb gehad.
Zodoende kies ik ruim zestig jaar later in trappenhuizen, indien voorradig nog altijd voor de lift. Mijn schoonmoeder van 91 doet dat trouwens ook. Zij is een geboren Zeeuwse!
Foto boven: De redacteuren kregen in het nieuwe gebouw een ruim onderkomen. Links de redactie binnen-buitenland. Ik ben de man met de snor.
Beluister het gesprek dat Remco van Schellen van Omroep Zeeland met Willem had in Zeeland Wordt Wakker:
Truus Sepers
Geplaatst op 09:48h, 30 meiDat waren nog eens tijden…